In de tweede week breidde Evenepoel in de tijdrit – zoals verwacht – zijn voorsprong uit naar bijna 2,5 minuut. Met ruim 75 kilometer knalde de Belg door de aflopende straten van Alicante en won met afstand de ITT in de Vuelta. Zijn gemiddelde over de vlakke tijdrit was met 55,7 kilometer per uur de snelste sinds 2008. Hiermee declasseerde de Belg de rest van de favorieten. Roglic was de enige die met een achterstand van 48 seconden in de buurt van de ontketende Evenepoel kon blijven.
De Belgische kranten droomde na de magistrale tijdrit van de Vuelta-zege.
Een Belg die een grote ronde gaat winnen. Dat is sinds Johan de Muynck in 1978 niet meer gelukt. José de Caluwe – commentator Sporza sinds Eddy Merckx – kan het nog niet geloven. Het wielergekke België lijkt weer een klassementsrenner in huis te hebben.
Echter in de tweede bergetappe – in de eerste zette Carapaz zichzelf in de verf – vertoonde Evenepoel scheurtjes. Op de steile flanken van de Sierra de la Pandera – laatste vijf kilometer tegen 15% – moest de Belg in de rode trui passen bij een demarrage van Roglic. Evenepoel verloor 50 seconden.
Terwijl ik zondag op het MTB parcours Giesen-Gasselte me uitsloofde had Thymen Arensman plannen om in het hooggebergte Sierra Nevada uit te pakken. Ik was zelf even de drukte ontsnapt van ons jaarlijkse weekendje met de Leidse club. Arensman had tot zondag vrij anoniem rond gereden in de Vuelta. Echter zondag liet het grootste rondetalent van Nederland zien waartoe hij in staat is. In de koninginnenrit naar de Alto Hoya de la Mora (2510 meter hoogte) in de Sierra Nevada, kwam hij solo aan na weg gesprongen te zijn uit de kopgroep met onder andere goede klimmers Vine en Meintjes. Daarachter hield Evenepoel knap stand tegen aanvallen van Mas en Roglic. Roglic pakte ‘slechts’ 15 seconden op de jonge Belg en staat op nu op 1.34 minuut van de rode trui. België mag blijven dromen.
Ab+