'Kroatië, ik wil naar Kroatië', zei mijn zoon dwingend. 'Heb je enig idee hoe ver dat is?', zei ik afwijzend. 'Ik heb een leuke agriturismo gevonden aan de Italiaanse riviera!', zei mijn vrouw met geen flauw benul van afstanden. Laat staan de 1001 corona maatregelen om daar te geraken.
Ieder jaar hetzelfde liedje. Er wordt maar wat geroepen en de meningen liggen mijlenver uit elkaar. We eindigden een week in the middle of fucking nowhere à la campagne in Bretagne. Daarvoor hadden we een prachtig hotel in het oude centrum van Rouen waar de geest van Jeanne d'Arc nog rondwaart.
In het natuurhuisje in Plémet konden we lekker luieren want er was in de wijde omtrek gewoon geen fuck te doen. Gelukkig wel een boulangerie op fietsafstand om croissantjes en eclairs te halen. Daarbij regende het regelmatig in Bretagne – what's new? – en hoef je niet naar Frankrijk voor een goede koffie. We zagen meer koeien dan mensen en dorpjes waar de jeugd schreeuwend weggelopen is. Hoewel het sprookjesachtige chateau in Josselin een uitzondering was. Voor de rest, voor elk wat wils om het gezellig te houden. Een dagje paarden in Lamballe, een dagje zee in Pleneuf-Val-Andre – parel aan de côtes d'Armor – en een dagje MTB-en en Olympische Spelen kijken à la maison. Maar bovenal, leef als een stoïcijn. La deuxième semaine, c'est une surprise. De zon achterna. A bientôt.
Ab+