Het tweede monument van het jaar – begin april – is de Ronde van Vlaanderen, ook wel de hoogmis genoemd. Heel Vlaanderen staat op zijn kop voor de belangrijkste wielerwedstrijd van België.
De Ronde van Vlaanderen voor mannen werd in 1913 voor het eerst georganiseerd door de sportkrant Sportwereld. Het was destijds gebruikelijk dat uitgevers van kranten en tijdschriften wielerwedstrijden organiseerden om hun uitgaven te promoten. Léon Van den Haute, stichter en sterke man achter de schermen bij Sportwereld was ook de stichter van de eerste Ronde van Vlaanderen.
De renners rijden het bijna 270 kilometer lange parcours over 5 kasseistroken en 14 hellingen. Het precieze parcours wijzigt elk jaar een klein beetje. Steeds moeten de renners zo’n twintig kilometer aan kasseistroken en zo’n vijftien à twintig hellingen overbruggen. Sinds 2004 wordt de Ronde van Vlaanderen ook voor vrouwen georganiseerd. De wedstrijd start en eindigt in Oudenaarde. De afstand bedraagt zo’n 150 kilometer en er moeten vijf kasseistroken en tien hellingen bedwongen worden.
Na een relatief vlak begin – start de laatste jaren in Antwerpen – slingert het parcours zich door de Vlaamse Ardennen richting de finish. De Oude Kwaremont en De Muur zijn de iconische beklimmingen in de Ronde. Andere steile klimmetjes, veelal over kasseien, luisteren naar de namen Wolvenberg, Paterberg, Kruisberg/Hotond, Taaienberg, én de Koppenberg.
Recordhouders zijn de Belgen Achiel Buysse, Eric Leman, Johan Museeuw, Tom Boonen, de Italiaan Fiorenzo Magni en de Zwitser Fabian Cancellara met elk drie overwinningen. Magni is de enige die de Ronde drie keer op rij wist te winnen. De succesvolste Nederlander is Jan Raas met twee overwinningen en twee derde plaatsen.
Sinds 1999 kunnen wielertoeristen de dag voor de Ronde het parcours, of een deel ervan, afleggen. Het is een van de populairste tochten voor wielertoeristen. Via de volgende link kun je de hoogmis zelf rijden…